Verplichte bewakingsdiensten
Dit met de hand getekende kaartje hoorde bij een brief. Bij de kruisjes die op de kaart staan moest een bewakingsdienst komen. Enkele mannen uit Anna Paulowna en Breezand werden in november 1944 door de Duitse bezetter opgeroepen voor verplichte bewakingsdienst. Als je die taak niet goed uitvoerde zouden strenge straffen volgen.
Wat was de bedoeling? De mannen werden ingeroosterd om het rijdend verkeer te waarschuwen als er vliegtuigen in de lucht waren. Die waren er veel, want in het najaar van 1944 rukten de geallieerden steeds verder op. Hun bommenwerpers vlogen naar de Duitse steden en geallieerde 'jagers' voerden beschietingen uit op voertuigen die meestal van het Duitse leger waren. Daarom werden allerlei maatregelen genomen om het verkeer te beschermen. Dit is zo'n maatregel.
Bij gevaar vanuit de lucht moesten de mannen met een witte doek aan een stok zwaaien.
Er werden nog meer maatregelen genomen. Langs de wegen werden dekkingsgaten gegraven waarin je kon schuilen tegen beschietingen. Het polderland zelf bood niet veel dekking: op 6 januari was er een waarschuwing dat het kappen of snoeien van bomen langs de wegen beschouwd zou worden als sabotage. De bomen waren namelijk de enige objecten die een beetje dekking boden tegen luchtaanvallen. Met een zaag of bijl op straat lopen was al strafbaar.
