Het Noordhollandsch Kanaal
Bijna tachtig kilometer lang en 37 meter breed. Zo groot is het Noordhollandsch Kanaal. Het loopt van Amsterdam helemaal naar Den Helder, waar het uitmondt in zee. Op de kaart hiernaast, uit 1825, is te zien hoe het kanaal precies loopt. Links is het zuiden, waar Amsterdam te zien is, en rechts het noorden, waar het kanaal (de dikke streep) eindigt bij Den Helder.
Doordat het Noordhollandsch Kanaal zo groot is, was de aanleg een enorm project. Wel vijfduizend arbeiders werkten eraan mee. Voor het grootste deel werd er met de hand gegraven, met behulp van een schop. Graafmachines bestonden nog niet. Het werk was dus heel zwaar. De bouw duurde in totaal vijf jaar, van 1819 tot 1825.
Het kanaal was nodig omdat in de Zuiderzee steeds meer zand in de vaargeulen liep. Daardoor konden grote schepen er niet meer goed varen. Er moest daarom een nieuwe manier komen om vanuit Den Helder over water naar Amsterdam te gaan.
De voordelen van het kanaal voor Amsterdam en Den Helder waren dus groot. Voor Alkmaar waren er in eerste instantie vooral nadelen. Op de kaart kun je zien dat het kanaal ook door deze stad loopt. Schepen voeren Alkmaar voortaan voorbij zonder belastingen te betalen en plattelandsbewoners reisden door naar Amsterdam voor het kopen van goederen. Op de lange termijn profiteerde Alkmaar wel van het kanaal, vooral met de stoombootonderneming Alkmaar Packet die grote aantallen passagiers over het kanaal vervoerde.